Zoek
Zoek

Herman Japink, hoeder Mariakapel

In deze aflevering van Het Bankje vertelt Berghuizenaar Herman Japink (78) over zijn afnemende betrokkenheid bij de katholieke kerk. Zo is hij geen koster meer in de Mariakerk maar onderhoudt hij nog steeds op een prijzenswaardige manier het Mariakapelletje aan het Lossers Voetpad. Woensdag 3 oktober bidt Japink bij het kapelletje het Rozenhoedje en de Litanie van Maria. Hij hoopt op veel belangstellenden, die mee komen bidden en zingen. Hallo Berghuizen onderwierp Herman Japink aan een reeks vragen.
Herman Japink op het bankje. ‘Het Mariakapelletje symboliseert voor mij onze hechte gemeenschap.’

Herman Japink en zijn moedige strijd tegen kerkelijke overheersing

‘Ik bevestig dat ik een rebel ben’

Het Mariakapelletje betekent voor mij…
 
‘Het is de plek waar Berghuizenaren bij elkaar komen. Zo is het in 1948 bij de bouw van het kapelletje begonnen en zo is het in mei tijdens de viering in de Mariamaand nog steeds. Het kapelletje symboliseert voor mij onze hechte gemeenschap. Het brengt mensen bij elkaar en tot elkaar en als we er vieren is het nadien bovendien altijd erg gezellig. Met het minder worden van de vieringen in onze vroegere parochiekerk is het napraten helaas ook minder geworden. Dus ik vind het heel belangrijk dat we dat bij ons kapelletje wel blijven doen.’
 
Bisschop Eijk jaagt de mensen de kerk uit.         
      
‘Ja, met die stelling ben ik het helemaal eens. Eijk zegt: ‘Zo is het, punt!’ Ik ben voorstander van overleg en dialoog. Eijk moet weg, meteen, en dan moeten ze de bisschop van Den Bosch in zijn plaats zetten. Dat is een veel aangenamer mens. Ik las dat Eijk wil aanblijven tot 2028. Nou, dan blijft er helemaal geen mens meer in de kerk.’
 
De Mariakerk moet…
 
‘Wat mij betreft open blijven. Maar ik realiseer me heel goed dat het een aflopende zaak is. Het is goed dat de groep gelovigen uit Berghuizen die nog graag wil vieren, tot nou toe nu en dan die gelegenheid krijgt. Maar als het parochiebestuur de kerk van de hand kan doen is dat denk ik afgelopen. Althans, in het kerkgebouw.’
 
Het Brood van Christus geconsacreerd door pastoor Bernard Reerink  of door een behulpzame katholieke geestelijke in de anonimiteit?
 
‘Dat maakt me op zich niet uit. Ik heb duizend hosties gekocht bij een bedrijf dat ze vervaardigt. Uit eigen zak betaald. Ze zijn gewijd door een katholieke priester. Waar en hoe doet er niet toe. We gebruiken ze bij de vieringen bij het kapelletje en als iemand een woord- en communiedienst wil houden op de begraafplaats, kunnen ze bij mij ook hosties krijgen. Pastoor Reerink is het niet met me eens. Hij vindt dat gewijde hosties thuishoren in het tabernakel. Dat zal wel, maar daar trek ik me niets van aan. Het werkt prima, zoals wij het doen, niks aan de hand.’
 
Smartlap of Kyrië?
 
‘Ik ben lid van het Oldenzaals Smartlappenkoor en ons repertoire vind ik mooi. Maar op de plaats waar het hoort. En dat geldt ook voor het Kyrië. Ik vind dus beide genres mooi. Twee jaar geleden heeft ons Smartlappenkoor wel gezongen in de Mariakerk. Maar met een aangepast repertoire. Er was onwijs veel volk, het werd zeer gewaardeerd.’
 
De Wereld Draait Door of een kwisje op een commerciële zender?
 
‘De Wereld Draait Door zie ik nooit. Ik sport namelijk nog twee  avonden en zit op een koor. In de zomer ben ik ’s avonds meestal nog lang buiten. Ik kijk rond half elf wel naar Hart van Nederland en Shownieuws. En soms naar het Journaal. Verder weinig televisie.’
 
Boodschappen doe ik…
 
‘Wel. Bij Albert Heijn op ons voortreffelijke winkelcentrum met gratis parkeren in Zuid-Berghuizen, maar ook wel bij de Lidl. Ik ben niet te beroerd om de boodschappen te halen.’
 
In mijn laatste appje stond…
 
‘Niks, want ik doe er niet aan. De mobiele telefoon heb ik vaak niet eens bij me. Als er een berichtje op staat, attenderen mijn kinderen mij daar vaak op. De telefoon neem ik wel mee als ik met de honden het bos in ga. Voor het geval ik kom te vallen en niet meer in de benen kom.’
Vrijwilligerswerk is zo belangrijk omdat…
‘Vrijwilligers het cement van de samenleving zijn. Daar drijft onze hele maatschappij momenteel op. Zonder vrijwilligers lukken veel dingen niet meer. Naast het onderhoud van de Mariakapel verzorg ik zelf nog de bloemen in Mariahof en ik ben in dat woonzorgcentrum patatbakker. Dankbaar werk. Koster in de Mariakerk, nee, dat doe ik niet meer. Af en toe help ik in de kerk nog met een klusje.’
 
Ik stem op…
 
‘Rare vraag, zeg ik niet. Ik maak me wel zorgen over zekere ontwikkelingen en de veranderende verhoudingen in onze  samenleving.’
 
Latijnse hoogmis of Nederlandstalige liedjes?
 
‘Allebei mooi. Voor mij is het en-en.’
 
Herman Japink is toch wel een beetje een rebel.
 
‘Dat kan ik gerust bevestigend beantwoorden. Ik ga de confrontatie aan. Binnen de kerk heb ik dat met de pastoor volop gedaan. Ik laat me de les niet lezen. Mijn vrouw en kinderen zeggen vaak: ‘Hou je toch stil.’ Niks ervan, ik laat me niet op de kop zitten, zeker niet door autoritaire kerkelijke heersers. Ons Mariakapelletje hebben we op tijd ondergebracht in een stichting, zodat we daar in Berghuizen zelf zeggenschap over houden.’

Tekst en foto: Felix Nijland